Lezing – 7 maart 2021 – oud

Ik vertrouw ál mijn broers en zussen.
Maar wat is nu vertrouwen?
En hoe doe je dat?

 

Koos Janson - ECIW - lezing maart 1

 

In een machtig mooie les (W181) presenteert de Cursus een wel heel actueel thema: al je ‘broeders’ vertrouwen, omdat ze één met je zijn. Het klinkt de een goed in de oren, een ander vindt het naïef, of ronduit gevaarlijk. Hoe dan ook roept het nuttige vragen op.

Oké, we kunnen alle mensen als één grote familie zien. Maar behandelen we zelfs binnen onze biologische families de afzonderlijke leden niet behoorlijk verschillend? De een vertrouw je meer, de ander minder?

Je komt met dit onderwerp niet veel verder als je niet eerst uitzoekt wat de Cursus bedoelt met vertrouwen. Dat blijkt héél diep te gaan!

Daarna volgt de vraag: wat betekent dat praktisch? Ga je met iedereen hetzelfde om?

Deze interactieve lezing hierover. Broers en zussen die je denkt niet te vertrouwen zijn (in gedachten) extra welkom!

[hr]

 

Informatie:
Miracles in Contact
tel. +31 (0) 35 888 30 73 (dinsdag en vrijdag 10.00 – 16.00 uur)

[hr]

 

[hr]

 

Verslag van de lezing met Koos Janson op 1 maart 2009, opgetekend door Ineke Padding:

“Jij vraagt niet te veel van het leven maar veel te weinig”
Koos Janson lezing ECIW maart 2010We beginnen de middag met een meditatie op de woorden: Ik sta onder geen andere wetten dan die van God (Werkboekles 76). Vervolgens kijken we naar onze wensen. Wensen hebben wij allemaal. Grote wensen en kleine wensen, grotere en kleinere doelen.

Wij kijken voor onszelf wat onze grootste dromen zijn op dit moment. Er komen allerlei voor de meeste mensen herkenbare wensen voorbij, zoals: zonder angst leven, een lieve partner, een baan, met meer liefde kijken, vrijheid in mijn huwelijk etc.

Vervolgens staan we stil bij les 133, die zegt: “Jij vraagt niet te veel van het leven maar veel te weinig. Wanneer je toestaat dat je denkgeest wordt aangetrokken tot lichamelijke dingen, tot spullen, of status, dan vraag je om verdriet, niet om geluk.” Het is niet zo dat deze dingen er niet toe doen, maar als het onze eerste belangstelling heeft dan vraag je om verdriet, omdat dit allemaal vergankelijke en kwetsbare dingen zijn. Koos noemt dit ‘nep’.

Hoe weet je dat die dingen je eerste belangstelling hebben? Hoe kun je dat herkennen? Steeds wanneer je je zorgen maakt ergens om, je er druk over maakt, kun je zeker weten dat het zo is.

Er zijn drie criteria om te kiezen tussen waardevolle en waardeloze dingen:

[1] is het iets van beperkte duur of iets dat voor altijd blijft bestaan? (Denk hierbij aan innerlijke vrede, vreugde, kracht etc.);

[2] is het iets dat je van een ander neemt? Als je er voor kiest iets van iemand weg te nemen, zul je niets overhouden; stelen van een ander is stelen van jezelf. Als je bijvoorbeeld iemands vrijheid steelt, steel je die van jezelf;

[3] als je een schuldgevoel ervaart, dan kun je weten dat het ego gekozen heeft.

Je vraagt veel te weinig van je leven als je je verliest in zorgen. Het leven heeft vervulling voor je in petto. In werkboek les 40 staat: Ik ben gezegend als Zoon van God. God is je oorsprong, je Huis, je Bron. In les 67: God heeft mij geschapen als Zichzelf. Open je hiervoor, vóór al het andere.

Ik ben als Zoon van God gezegend. Ik ben kalm, rustig, zeker en vol vertrouwen. Met andere woorden: ik ben onbezorgd. Ik kan mij volledig ontspannen. Ik hoef me dus geen zorgen te maken, nergens over.

Wanneer we volledig op God vertrouwen en al onze zorgen aan Hem geven dan ervaren we een heerlijk kalmte, totaal vertrouwen, altijd. Vind dat en maak er aanspraak op

Deze eigenschappen kunnen we niet van iemand stelen. We proberen het soms te halen bij een ander. Dit gebeurt vaak in relaties. Maar wat je bij een ander zoekt is nep. Zoek het in jezelf! In de Cursus staat: “Er woont licht en vreugde en vrede in mij”. En: “deze cursus beoogt de blokkades weg te nemen voor liefde, je natuurlijke erfenis”.

Koos Janson lezing ECIW maart 2010Hoe krijg ik die erfenis?

[1] Werkboek les 327: “Ik hoef slechts te roepen en U geeft me antwoord”.

[2] Werkboekles 339: “Ik zal ontvangen wat ik maar vraag”

Twee beloften. Hoe kan ik weten of ze waar zijn? De Cursus: “Je hoeft dit niet aan te nemen op grond van een ongefundeerd geloof, maar probeer het gewoonweg uit! De ervaring zal je overtuigen.

Materiële dingen zijn natuurlijk niet fout. Maar je kunt je afvragen of je de ervaring van God wilt of iets anders. Zodra je zorgen hebt over huis, baan, relaties, etc. vraag je veel te weinig.

De Cursus is hier duidelijk en krachtig, en citeert meerdere malen de Bijbel, waar Jezus zegt: Je kunt geen twee heren dienen. Maak je dus geen zorgen om de dagelijkse dingen. Zoek liever eerst het Koninkrijk van God. Dan zullen alle andere dingen je er bij gegeven worden. Dat is het antwoord op elke zorg.

Werkboekles 285 zegt: Vandaag word ik met vreugde wakker en verwacht alleen Gods vreugdevolle dingen. Open jezelf vooral voor de echte dingen.

We doen een meditatie: ik kijk naar al mijn onvervulde wensen. Ik kan nu de keus maken: Ik zal ontvangen wat ik maar vraag. Ik vraag nu eerst de vreugdevolle dingen van God. Ik stop met me zorgen maken over alle andere dingen. Ik kies eerst voor vreugde, vertrouwen, zekerheid, kracht, onbezorgdheid; de aanraking van God. Ik open me nu: laat me dit ervaren. Gods antwoord is datgene dat ik het liefste wens. De aanraking van God is wat ik me het liefste wens.

Het kan zijn dat er dan tranen komen, omdat er iets gebeurt waar je je hele leven al naar zoekt!

Koos Janson - ECIW - lezing maart 4

 

(Fotografie: Fred Manschot)