Welkom in de wonderstaat
Maandelijks komen Cursusstudenten op verschillende plaatsen in Nederland en België enthousiast bijeen, om een dagdeel samen met Koos Janson en zijn vrouw Doris geïnspireerd te worden tot een nieuwe staat. Hier een interactief fragment uit zo’n bijeenkomst.
“We zullen opnieuw onze oefeningen erop richten jouw ene Zelf te bereiken, dat verenigd is met Zijn Schepper. We proberen het vandaag opnieuw vol geduld en hoop.’’
(WdI.95.3:2-3)
‘Ik mag niet depri zijn’
Ik ben de laatste weken depri. Ik vind dat ik dat eigenlijk niet mag zijn.
Wat pijnlijk!
Ik lees in de Cursus: depressiviteit is heiligschennis.
Godslasterlijk, staat er. Toe maar!
In les 166: verraad de wereld niet. Dat betekent dat ik moet stralen.
Als student van de Cursus móet je stralen? Werkte dat nu maar! Maar zó lezend stap je regelrecht een hel in. De hel van fout zijn. Je komt een oud verhaal tegen: de afscheiding, met daarachter schuld.
Je komt dat oeroude ding kersvers tegen. ‘Want’, zegt het ego, ‘bén je stralend? Fóut dus!’ Gezien je frustratie lijkt dit een keus voor de verkeerde gids.
Hoor nu even de echte toon van de Cursus: ‘We proberen het vandaag opnieuw, vól geduld en hoop.’ Kun je het horen? Dat is een andere Gids!
Wat moet ik dan met dat verdriet?
Goeie vraag! Wil je vertellen wat je verdriet is?
Vier weken geleden was het de sterfdag van mijn dochter, vandaag is het haar geboortedag. Daartussen ben ik turbulent.
Tussen deze twee dagen ben jij extra bezig met je dierbare overleden dochter. Verdrietig. Jij leest in de Cursus dat dit niet moet? Jouw persoonlijkheid mag geen persoonlijke gevoelens hebben? Je verwart de normaalheid van je persoon met de goddelijkheid van je wezen.
In het Tekstboek (T5.VII.6) vertelt de Cursus prachtig wat je doet als je in iets vastloopt. ‘Jouw rol bestaat er alleen in je denken terug te brengen naar het punt waarop de vergissing werd begaan.
Wat is de vergissing?
Dat je niet oké bent in je eigen ogen. Dat deze gevoelens niet oké zijn. Je samenvallen met je onschuldige persoonlijkheid. Dat is het punt waarop de vergissing werd begaan. Kun je dat zien? Er is geen schuld. Er is níets in de Cursus, dat jou wil vertellen: ’Nu ben je slecht!’ Alleen maar: ‘vol geduld en hoop’. Alleen maar onschuld.
Hoe ga ik nu verder?
We gaan naar dit punt terug. De beslissing: schuldig of onschuldig? De vereenzelviging met je persoon. Het punt waarop de vergissing werd begaan. Dan staat er: ‘vertrouw die vergissing in vrede aan de Verzoening toe.’ Geef je kijk op de hele situatie uit handen. Vereenzelvig je met liefde. Oordeelloos. Wees je persoon eenvoudig gewaar. Onschuldig. Welkom in de wonderstaat!
Op het moment dat je toestaat dat liefde kijkt – die liefde ben jij, jouw liefde kijkt naar gedeprimeerdheid – op dat moment is de angel eruit. Als je zo naar jezelf kijkt, zijn pijnemoties de kortst mogelijke voor je. Ontdek het maar. Liefde is genezend.
Kun je die bereidheid voelen?
Mmm…
Het is geen worsteling. Het is toevertrouwen.
Ik ben ongeduldig. Ik ben al zo lang met de Cursus bezig.
Ja, en mag jij ongeduldig zijn? In Gods wereld vol geduld en hoop, mág alles en móet niets. In het moeten stap je zo de hel in. Kijk voor jezelf, zodra je zegt: ‘Ik móet vrolijk zijn…’ En precies hetzelfde: ‘Ik mág niet …’ Zodra je móet, of níet mag, stap je de hel in. Schuld. Het gaat pijn doen.
Dus natuurlijk mag je verdrietig zijn, en ook nog ongeduldig zijn over je verdriet. Elke stemming die komt: het mag! Dat is de praktijk van de Cursus. Je mag. Mag het nu van jou? Gevoelens hebben?
Soms.
Soms. Kijk in die spiegel van soms. ‘Soms’ betekent feitelijk: nooit! Ga liever voor de spiegel staan waarin jij ziet: jij mag alles, altijd. Ontdek die spiegel. Dit is wat de Cursus noemt: ‘de Verzoening voor jezelf aanvaarden’. Ga voor die spiegel staan. Je bent onschuld. Je mag alles voelen wat je voelt. Als persoon. Maar dit is niet Wie jij bent, schepping van God! Ga op zoek naar Jou!
Voel wat je voelt, en woon daar niet. Dat is alles. Woon op die plek in jou vol geduld en hoop, woon in de wonderstaat. Oordeelloos gewaar. Woon daar. Ontdek het. Voel het maar.
Het mag dus gaan zoals het gaat en duren zolang het duurt. Totdat het stopt. Probeer die wonderstaat!
Kijk in Gods spiegel, schat van een moeder. Jij mag.